Ik ontluik als een waterlelie

Ik ben een bloem op het water

Ik heb prachtige witte kleuren en word omringd door sterke, groene bladeren. Ik ben niet alleen.

Ik schitter in de zon en vind rust in de maan

Ik ben een bloem op het water

dat zich verbonden en veilig voelt, maar toch mag schitteren

Ik schitter in de zon en vind rust in de maan

Ik leef van het licht en het donker

dat zich verbonden en veilig voelt, maar toch mag schitteren

Het voelt bevrijdend om te mogen stralen

Ik leef van het licht en het donker

in alle sereniteit en eenvoud

het voelt zo bevrijdend om te mogen stralen

dat is gewoon fantastisch

in alle sereniteit en eenvoud

er gewoon mogen zijn, mogen stralen

dat is gewoon fantastisch

ik heb prachtige witte kleren, word omringd door sterke, groene bladeren. Ik ben niet alleen.

Er gewoon mogen zijn, mogen stralen.

Ik ontluik als een waterlelie.